NL | FR
Vergunningsproblematiek concentreert zich in steden met een hoge vraag
Dit blijkt uit een studie van Idea Consult en de KU Leuven, uitgevoerd in opdracht van de Federatie van Algemene Bouwaannemers (FABA). De studie onderzoekt zowel de tijdsduur van het vergunningsproces als de slagingskans.
De gemiddelde doorlooptijd van het voortraject van een vergunningsaanvraag bedraagt twee jaar. Het hoofdtraject van de vergunning, voor woonprojecten met minimaal 20 eenheden, kent een gemiddelde doorlooptijd van 138 dagen. Ongeveer 53% van de vergunningen raakt goedgekeurd, 12,4% wordt geweigerd en 17,6% wordt teruggetrokken. Verder blijkt 13,2% van de aanvragen onvolledig of onontvankelijk. Het hoofdtraject doorloopt in de praktijk vaak meerdere iteraties voordat een goedkeuring of weigering volgt, wat betekent dat het in realiteit meer tijd in beslag neemt dan gemeten kan worden.
Lange beroepsprocedures
Wanneer een project een positief besluit krijgt over de vergunning, is er nog administratief beroep mogelijk, wat gemiddeld 175 dagen duurt. Voor projecten die in beroep alsnog een vergunning krijgen, bestaat er een kans van 49% dat er bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVB) nog beroep aangetekend wordt. De gemiddelde doorlooptijd van een beroep in Vlaanderen bedraagt 564 dagen. Een beroepsprocedure die voor de Raad van State komt, vergt bovendien gemiddeld nog eens 395 dagen.
Hieruit blijkt dat het gemiddelde vergunningstraject in Vlaanderen in het beste geval minstens 28,5 maanden in beslag neemt, terwijl dit in het slechtste geval kan oplopen tot 65,5 maanden of meer.
Veel tegenstand in steden met een hoge vraag
De omvang van het project beïnvloedt in belangrijke mate de doorlooptijd en de slagingskansen. Hoe groter de ontwikkeling, hoe meer het NIMBY-effect een rol speelt. Vergunningen vallen moeilijker te verkrijgen in dichtbevolkte gebieden, in wijken met hoogopgeleide bewoners (die beter geïnformeerd zijn), buurten met een sterke lokale gemeenschap en wijken met een groot aandeel eigenaar-bewoners. Al deze factoren samen maken dat het vooral in de provinciehoofdsteden moeilijk is om een vergunning te verkrijgen, wat resulteert in veel tegenstand in steden met een hoge vraag en stijgende prijzen, een volgens de studie zorgwekkende evolutie.
De onderzoekers berekenden dat een reductie van de gemiddelde doorlooptijd met slechts één maand een aanzienlijke economische meerwaarde zal opleveren van 12,1 MEUR voor heel België, waarvan 9,4 miljoen in Vlaanderen. De studie pleit dan ook voor een modernisering van de nationale en regionale vergunningsprocedures, door het creëren van heldere stedenbouwkundige voorschriften, het voorzien van een duidelijk aanspreekpunt bij de vergunningverlenende overheid, de oprichting van vaste overlegorganen, en het investeren in technologische tools en databeheer om de processen te stroomlijnen en efficiënter te maken.
